De trek van steltlopers kwam die week al lekker op gang, te weten: Groenpootruiters,
Tureluur, Zilverplevier en Goudplevier. We hadden uitzicht op het Diepe Gat dat daar gegraven is voor de zandwinning.
De Grote Mantelmeeuw werd aangevallen door een Grote Stern. Vaak kwamen avonds de Lepelaars binnen vliegen. Het zijn tastjagers en ook avonds laat waren ze nog bezig met foerageren, wat voor hen geen probleem is natuurlijk. In de Slufter hebben ze gepoogd te broeden en dat is ook gelukt geloof ik. Het gebied wordt met rust gelaten.
Er lopen sinds januari dit jaar ook twintig Koniks hengsten rond vanuit de Oostvaadersplassen. Geen onverdeeld succes.
De kwelder vegetatie is kwetsbaar en ze laten hun sporen na.
Om de zes uur komt de vloed weer op bezoek. We hadden volle maan en toen kwam inderdaad het water extra hoog. In het gebied leeft ondergronds ook de Gele Weidemier. Wonderbaarlijke aanpassingen zorgen er voor dat ze kortstondig inundatie kunnen overleven! Bij de Oorsprongweg hoorde ik nog Kwartels roepen.
In de binnenduinrand nog even met insecten bezig geweest. Dat resulteerde in een mooi Heideblauwtje en op het Jacobskruiskruid de Zebrarups,
waar later de St. Jansvlinder uitkomt.
Al met al hadden we een erg leuke en leerzame week.
auteur en foto’s : Otte Zijlstra